Dag 18: De eerste zin
Ik ben zo benieuwd of het je gelukt is om je ShortThrill terug te brengen tot duizend woorden! Ik weet zelf hoe moeilijk het kan zijn om dingen te moeten schrappen die je eigenlijk heel goed vindt, maar die het verhaal niet echt dienen. Toch ervaar ik elke keer weer dat een verhaal beter wordt als alles wat overbodig is, eruit gaat. Ik wil vandaag met je gaan kijken naar de eerste zin van je verhaal. Je hebt natuurlijk al een eerste zin, maar de kans is groot dat deze eerste zin nog veranderd moet worden. Dit is namelijk een element van het verhaal dat je eigenlijk pas helemaal aan het eind van het hele schrijfproces definitief kunt maken.
De eerste zin van een verhaal of roman moet de lezer meteen het verhaal intrekken. Het is dus belangrijk dat deze zin verleidt en nieuwsgierig maakt. Dat kan op verschillende manieren. Je eerste zin kan raadselachtig zijn, waardoor de lezer zich afvraagt wat er aan de hand is. Maar je eerste zin kan bijvoorbeeld ook verleiden door een mooie stijl. Die stijl moet dan wel kloppen met de rest van het verhaal. Als je begint met een prachtige poëtische zin en de rest van je verhaal vertel je in korte staccato zinnen, dan zal de lezer zich waarschijnlijk enigszins verraden voelen en het verhaal wellicht niet uitlezen. Een beschrijvende zin draagt het risico in zich een beetje saai te zijn. Dat wil niet zeggen dat de lezer per se afhaakt, maar de aandacht is waarschijnlijk ook nog niet meteen gepakt. Als je eerste zin meteen de actie in duikt, word je daar als lezer gelijk door gegrepen. Je zit meteen in de spanning en wilt snel verder lezen om te weten hoe het verder gaat.
Mijn roman BEET begint met deze zin: Diepverscholen tussen het struikgewas hield hij zich vast.
Ik heb er bewust een actieve zin van gemaakt. De ‘hij’ doet iets. Daarnaast roept het vragen op: waarom zit deze ‘hij’ verscholen? Wat is er aan de hand? Deze eerste zin brengt op een bepaalde manier onheil met zich mee. De ‘hij’ is de teek (ontdekt de lezer tijdens het lezen van de eerste zinnen) die ervoor zorgt dat het personage Elise de ziekte van Lyme krijgt. Elf jaar later sterft Elise aan de gevolgen van de ziekte van Lyme. Het hoofdthema van mijn roman is ‘vasthouden en loslaten’ en dat heb ik dus terug laten komen in de eerste zin.
OPDRACHT 18:
Kijk nog eens naar je eerste zin. Is deze zin spannend en congruent met de rest van je verhaal? Denk je dat de lezer door deze zin verleid wordt om verder te lezen? De eerste zin die je nu hebt is een zin die je heeft geholpen om je verhaal te vertellen, je kunt deze zien als een soort hulpzin. Maar nu je verhaal geschreven is, heeft deze zin zijn nut gehad, en kun je gaan kijken naar een zin die niet meer gericht is op jou als schrijver, maar op je lezer. Bedenk goed dat de eerste zin de toon zet voor het hele verdere verhaal. Als je je hoofdthema duidelijk hebt, kun je dat ook meenemen in je denkproces op zoek naar de eerste zin. Misschien kun je een woord dat in relatie staat tot je thema, verwerken in je eerste zin.
Schrijf meerdere eerste zinnen en plaats deze, als je dat wilt, in de online community.
Heel veel plezier en tot morgen.
Lieve groet,
Sietske Scholten