.
De interne monoloog is een element dat schrijvers de mogelijkheid biedt om te spelen met de werkelijkheid, maar ook met de geloofwaardigheid van het personage. Je kan bijvoorbeeld het personage laten denken ‘wat een lelijk jasje’, terwijl hij de drager ervan uitgebreid complimenteert met het jasje. Je kan het personage tegen de politie laten zeggen dat hij de hele avond thuis voor de televisie heeft gezeten, terwijl zijn gedachten teruggaan naar die avond en hem de toen gepleegde moord in zijn hoofd laten herbeleven. Wat een personage denkt en zegt, hoeft dus helemaal niet gelijk aan elkaar te zijn. Juist door dat met elkaar te laten botsen, gaat je verhaal wringen, en dat is spannend. Want mensen zijn niet altijd wat ze doen of zeggen, alleen in hun gedachten zijn ze echt volledig zichzelf.
.