.
Het is niet zo dat je gewoon met je notitieboekje in een koffietentje kunt gaan zitten en dat je dan de mooiste dialogen om je heen opvangt. Gesprekken die je stiekem afluistert, kunnen je zeker inspireren tot geschreven dialogen, maar gesproken tekst kun je vrijwel niet hetzelfde op papier overbrengen. Dan blijkt deze namelijk geen enkele spanning te hebben. Wat in het echt werkt, werkt over het algemeen dus niet op papier. Zo’n afgeluisterd gesprekje kun je zien als een eerste ruwe versie, een schets. Een mooie zin of een mooie uitspraak kan dus wel degelijk het startpunt zijn voor een geschreven dialoog, maar er zal altijd nog aan gesleuteld moeten worden.
Er is geen kant en klaar recept voor hoe je een goede dialoog schrijft. Wat een goede dialoog is, verschilt ook per verhaal. Zelfs binnen hetzelfde verhaal werkt de ene dialoog op een bepaald punt in het verhaal wel goed en op een ander punt niet. Het is goed om je bewust te zijn van de functie die je dialoog heeft. En die is elke keer anders. Wil je informeren, dan hoeft je dialoog geen scherpe zinnen te bevatten, maar kan er worden volstaan met wat feitelijke uitwisselingen tussen personages. Wil je iets van de personages laten zien, dan kan je ze met elkaar in gesprek laten gaan over iets dat hen raakt, waardoor hun uitspraken emotie bevatten. Een dialoog is spannend als mensen elkaar niet begrijpen of langs elkaar heen praten. Maar dat moet ook geen trucje worden dat je op elke bladzijde toepast. En het is ook spannend als er belangrijke dingen niet worden gezegd of er van alles wordt geïnsinueerd. Dialogen bieden de schrijver veel mogelijkheid om de lezer op het verkeerde spoor te zetten.
.