Wachtend op Jonathan verstrijkt de tijd. Onafgebroken klettert de regen op het dak. Bliksemflitsen schieten door de lucht. De donder rolt zich uit over het landgoed. Het doet Kim verstijven, maar ondertussen verdoofd de morfine meer en meer de pijn in haar lijf, waardoor ze zich soepeler gaat bewegen. Haar koorts neemt af en haar hart begint weer krachtiger te kloppen. Voorzichtig komt ze overeind. Er golft geen bloed meer tussen haar benen vandaan. Ze zet haar voeten op de grond. Wankel komt ze omhoog. Steunend aan de meubelstukken op haar pad schuifelt ze naar de badkamer waar ze haar vieze kleding uittrekt en onder de douche stapt om de geboortevloeistoffen van zichzelf af te boenen. Met een washand zeept ze haar lijf in. Haar borsten zijn steviger, voller, voelt ze als ze er overheen wrijft. Ze herkent haar eigen lichaam amper terug. Haar buik is leeg, maar verre van plat. Haar huid zit los en voelt zacht. Vanaf haar navel tot haar schaamheuvel bolt haar buik op en als ze er met twee vingers indrukt, doet het pijn. Met haar hand veilig in de washand poetst ze voorzichtig haar onderkant. Ze heeft geen idee hoeveel ravage de geboorte heeft aangericht. Is ze uitgescheurd, schiet het kort door haar hoofd. Maar de vraag verdwijnt direct weer naar de achtergrond. In het perspectief van haar zorgen om Fosse en of ze dit beide zullen overleven is de esthetische aanblik van haar vagina onbenullig. Zelfs als ze een totaal ruptuur zou blijken te hebben, kan het haar niets schelen, zolang ze straks maar met Fosse levend, veilig en gezond mag thuiskomen. Al het andere is bijzaak. In het licht van de situatie waar ze nu in zit, zijn het onoverkomelijkheden. Ze knijpt een klodder shampoo uit de fles en wast het zweet uit haar haren. De handdoek schuurt langs haar koortsige huid als ze zich na het douchen afdroogt en schone kleding aantrekt.
In de keuken pakt ze een glas dat ze vult met water. Ze drukt twee pillen morfine uit de strip en slikt ze weg, waarna ze het hele glas achterelkaar naar binnen klokt. Hoe komt ze hier weg, vraagt ze zich af. Ze loopt naar het stalraam en voelt met haar vingers langs de randen. Dit raam is hermetisch gesloten. Ze onderzoekt het raam boven de eettafel, maar dat heeft ook geen mogelijkheden om open te zetten. Terug in de badkamer controleert ze het kleine raam. Het heeft een hendel met een klein slotje bovenop. Ze probeert de hendel te draaien, maar het slot is vergrendeld. En al zou ze het kunnen openen, het is te klein voor haar om er doorheen te gaan.
Tegen alle wanden van de buitenmuren klopt ze met haar knokkels in de hoop dat ze holle plekken vindt die duiden op zwakte, zodat ze er een gat in zou kunnen maken. Maar ze klinken massief en stevig. Is er dan helemaal geen mogelijkheid om te ontsnappen uit deze ruimte? Ze kijkt minutieus de ruimte rond. Haar hart maakt een sprongetje als haar oog valt op de tas van Jonathan onder de tafel. Zijn werktelefoon! Ze hoeft de toegangscode niet te weten om de hulpdiensten te bellen, weet ze. Met een kreun laat ze zich zakken op de stoel aan de eettafel. Haar beurse, gezwollen onderkant raakt het houten zitvlak. Het duurt een paar seconden voor de ergste pijn wegtrekt en ze zich naar de zijkant kan buigen om het hengsel van de tas vanaf de grond naar zich toe te trekken. Ze tilt de tas omhoog. Op haar schoot opent ze de rits. De tas had vaak in de gang gestaan van haar Deventerse woning als Jonathan er was, maar niet eerder had ze erin gekeken. Het voelt alsof ze zijn privacy schendt om erin te wroeten. Ze zou het nooit hebben gedaan, als het geen noodsituatie betrof. Ze vouwt het grootste vak open en haalt één voor één boekjes van verschillende formaten uit het grote vak en legt ze op tafel tot het vak helemaal leeg is. Zijn telefoon zit er niet in. Ze opent andere ritsjes, kleinere vakjes en haalt de inhoud omhoog. Pennen, zakdoekjes, condooms, leeg verpakkingsmateriaal, verfrommelde bonnetjes, munten, een keycard van de KLM, een portemonnee en een sleutelbos. Alles verzamelt ze op tafel om de tas binnenste buiten te kunnen keren en niets over te slaan. De tas wordt lichter en leger. Ontgoocheld knijpt ze aan alle kanten in de stof als ze het allerlaatste eruit heeft gehaald. De tas is helemaal leeg. De telefoon zit er niet in. De hoop die ze net had gevoeld bij het idee dat ze de buitenwereld zou kunnen bereiken, dooft als een nachtkaars uit. Kostbare tijd om Fosse levend te kunnen vinden, tikt weg. Zolang ze vastzit in het koetshuis kan ze niets anders dan hopen dat Jonathan zo snel mogelijk komt om haar te bevrijden. Waar blijft hij toch?
Als in KRAAMKOORTS de vliezen van de hoogzwangere Kim voortijdig breken en haar vriend Jonathan door zijn werk als piloot niet continu voor haar kan zorgen, neemt Kim haar intrek in een kleinschalig kraamhotel midden op de Veluwe waar rust het hoogste goed is. Het ontbreekt haar aan niets in het idyllische bijgebouwtje naast het luxe landhuis van verloskundige Sophia en haar man Quinten.
Maar zodra Jonathan is vertrokken voor een vlucht naar de andere kant van de wereld, laat Sophia haar ware gezicht zien. Kims telefoon wordt haar ontnomen en ze verliest het contact met de buitenwereld. Haar argwaan groeit. Heeft Sophia wel het beste met haar voor?
Hoogzwanger, met gebroken vliezen, heeft Kim geen enkele mogelijkheid om te vluchten zonder haar baby in gevaar te brengen.
Hoe houdt ze zichzelf en haar kind in veiligheid, terwijl ze zo kwetsbaar, hulpbehoevend en afgesloten is van de wereld?
Sietske Scholten haar boeken eerst blogt? Lezers kunnen als het ware over haar schouder meelezen, terwijl ze het boek schrijft. Iedere werkdag ontvangen de lezers een nieuwe hoofdstuk en zitten vervolgens 24 uur in spanning te wachten op hoe het verder zal gaan. In een besloten Facebookgroep hebben de lezers contact met elkaar en wordt er druk overlegd over de personages, de ontwikkelingen in het verhaal en ze sparren over hoe het zal gaan aflopen. Sietske hoeft dus niet maandenlang solistisch te werken aan haar boek. Tijdens het schrijven kan ze haar verhaal al uittesten op publiek en snel bijsturen als het nodig is. Druk op de knop en lees meer over hoe dit blogroman-concept is ontstaat: