‘Hoe gaat het met Nova?’ vraagt Birgit aan de agente die haar door de menigte naar het afzetlint leidt dat de omgeving voor de poort vrij moet houden voor onbevoegden.
De agente brengt haar portofoon naar haar mond.
‘Ik heb hier de moeder van Nova.’
Het geruis, gepiep en gekraak dat uit de speaker van het apparaat komt, wordt overstemd door het geluid van de menigte. De agente houdt de portofoon bij haar oor om het antwoord van haar collega op te vangen. Ze laat de schouder van Birgit los en tilt het lint omhoog om Birgit eronderdoor te laten gaan.
‘Ik breng haar daarheen,’ reageert de agente terug in de portofoon.
Birgit bukt onder het lint door. De bewegingsvrijheid voelt als een verademing. Vanaf hier kan ze de voorzijde van de nieuwbouwvilla van Nova volledig overzien. De buiten- verlichting beschijnt de witgepleisterde muren. Het groen is pas afgelopen voorjaar geplant. Het heeft nauwelijks de tijd gehad om te groeien en door het intreden van de herfst een aantal weken geleden is al het blad gevallen. Naakt, mager en kwetsbaar zonder het zicht op het huis te blokkeren staat de aanplant in de sneeuw.
De voordeur van de woning staat open en er lopen agenten in en uit. Op de oprit staan twee politiewagens en een groot uitgevallen politiebus met geblindeerde ramen. Naast de bus staat een agent met zijn armen gevouwen naar Birgit te kijken.
De agente naast Birgit is haar onder het afzetlint gevolgd. Ze plaatst haar hand terug op Birgits schouder zodra ze overeind komt.
‘Hoe gaat het nu met Nova?’ herhaalt Birgit met iets meer druk.
‘We zoeken eerst een rustige plek op,’ zegt de agente zonder duidelijke emotie. ‘Deze kant.’
Birgit kan uit haar intonatie niet opmaken wat ze op die rustige plek kan verwachten. Zal Nova daar ook zijn? Waarom duurt het zo lang voordat ze meer informatie krijgt? Hoewel ze uiterlijk kalm toont, is Birgit van binnen zenuwachtig. Be- heerst als ze is, loopt ze mee met de agente die haar naar de politiebus op de oprit brengt.
‘Ik heb hier de moeder van Nova,’ verklaart ze aan de agent die de wacht houdt voor de politiebus.
Hij opent de deur en gebaart naar Birgit dat ze mag instap- pen.
Ze plaatst haar moonboot op de inloopmat en met haar hand tegen de deurstijl stapt ze in de bus die van binnen lijkt op een camper, hoewel de vakantiesfeer ontbreekt. Met één blik kan ze zien dat Nova hier niet is. Achter in de bus zit een agent halfverstopt achter zijn laptop. Verder is er niemand.
‘Neem plaats,’ zegt de agente die haar door de menigte heeft geleid en achter haar de bus in is gekomen.
De deur is gesloten, maar de temperatuur in de bus ver- schilt nauwelijks van de vrieskou buiten. Birgit houdt haar jas aan, gaat zitten op het bankje aan het tafeltje en schuift een stukje op richting het raam.
‘Ter verificatie heb ik uw volledige naam en geboortedatum nodig. Heeft u een paspoort of identiteitsbewijs bij u?’ De agente blijft staan aan het hoofd van de tafel. Ze buigt iets naar voren en legt haar handen plat op het tafelblad.
‘Bir...’ begint Birgit stotterend, terwijl ze opkijkt naar de agente.
Waar is Nova? Waarom wordt er zo getreuzeld? Wat heeft dit allemaal te betekenen? Hoe ernstig is het? Met haar hand raakt ze zenuwachtig haar lippen aan om zichzelf een houding te geven.
‘Rustig maar, mevrouw. Neem de tijd. Wilt u wat water?’ Birgit knikt.
De agente richt zich op en loopt naar het kleine keukentje.
Ze opent de koelkast, bukt en pakt een waterflesje als de deur van de politiebus opnieuw wordt geopend.
Een vrouw in een beige wollen jas, leren laarzen met een blokhak en lang donker haar in een paardenstaart stapt naar binnen.
‘Is dit de moeder?’ vraagt de vrouw aan de agente die uit een kastje een glas haalt.
‘We zijn bezig met de verificatie.’
De vrouw steekt haar hand uit naar Birgit.
‘Ik ben rechercheur Alvarez.’
Birgits maag draait om. Een rechercheur die met haar wil praten. Wat is er met Nova aan de hand? Ze reikt de vrouw haar trillende hand, opent haar mond, maar er komt geen enkel geluid uit haar keel.
Rechercheur Alvarez neemt plaats tegenover Birgit, terwijl de agente met het flesje water het glas voor Birgit neerzet op de tafel. Ze draait het flesje open en schenkt een deel van het water in het glas.
Gelijk neemt Birgit een slok water, slikt en schraapt haar keel.
‘Bedankt,’ fluistert ze naar de agente. ‘Mijn naam is Birgitta Maria van Ginkel. 23 september 1974,’ kan ze eindelijk uitspreken en ze toont haar identiteitsbewijs. De agente werpt een blik op het identiteitsbewijs en knikt.
Achter in de bus klinkt getik op het toetsenbord van de laptop.
‘Kunt u mij alstublieft vertellen wat er aan de hand is?’ smeekt Birgit. Ze kijkt afwisselend van de agente naar rechercheur Alvarez. De zorgen om Nova nemen met de minuut toe.
Rechercheur Alvarez kijkt over haar schouder naar de agent achterin die zijn blik verplaatst van het scherm van de laptop naar rechercheur Alvarez.
‘Klopt,’ zegt hij.
Ze geeft hem een knikje en draait haar hoofd naar de agente die naast de tafel staat.
‘Dank je wel. Je mag gaan.’
Nog voor de agente de bus heeft verlaten, richt Rechercheur Alvarez haar blik op Birgit.
‘Mevrouw Van Ginkel.’ Ze ademt diep in voor ze verder gaat. ‘Waarom bent u hier naartoe gekomen?’
Het klinkt als een retorische vraag, beseft Birgit. Vervreemdend in deze situatie. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is dat er buiten de poort van Nova’s huis hulpdiensten, media en een menigte staan te wachten.
‘Ik zag mijn dochter op de livestream overvallen worden,’ antwoordt ze, hoewel ze weet dat dit geen nieuwe informatie is voor rechercheur Alvarez.
‘Heeft u daarna nog contact gehad met uw dochter?’ Birgit schudt haar hoofd.
‘Ik hoorde een knal en daarna stopte de livestream. Ik weet niets. Waar is mijn dochter?’
‘Heeft u de personen gezien die haar overvielen?’
‘Nee, het beeld ging alle kanten op. Er was een mannenstem. Ik heb alleen de angst in de ogen van Nova gezien. Wat was die knal?’
‘Herkende u die stem?’
‘Nee. Kunt u mij alstublieft vertellen wat er aan de hand is?’ Hoelang moet ze nog wachten voordat ze haar vertelt wat er is gebeurd, zodat ze eindelijk naar Nova kan?
‘Heeft u goed contact met uw dochter?’
‘Natuurlijk,’ zegt ze verbaasd. ‘Heel goed. Tot ze hierheen verhuisde zagen we elkaar dagelijks. Ze woonde toen nog bij mij in Deventer. Nu zie ik haar minder, omdat ze hier is gaan wonen. Maar we bellen elkaar meerdere keren per week en ik volg haar livestream zoveel mogelijk.’
‘Was er nog iets opmerkelijks de laatste tijd? Iets dat van belang kan zijn voor het onderzoek? Mensen die ze heeft ontmoet? Gedroeg ze zich anders? Hield ze iets achter? Ieder detail is belangrijk.’
Birgit denkt na. In Nova’s leven gebeurt er altijd van alles. Sinds ze een bekende Nederlander is, wordt ze continu gevraagd om aanwezig te zijn bij gelegenheden. Ze rijdt het hele land door en doet de meest bijzondere ervaringen op. Ze ont- moet wekelijks veel nieuwe mensen. Maar alles wordt ook live gestreamd en vastgelegd. Nova’s leven is een open boek waar iedereen toegang toe heeft.
‘Er is niets anders dan anders. Mag ik nu alsjeblieft naar Nova toe?’
‘Dat kan niet, mevrouw Van Ginkel,’ zegt rechercheur Alvarez gewichtig.
‘Hoezo?’ Een koude rilling loopt over Birgits rug. ‘Die knal was een pistoolschot, hè?’
De echo van de knal klinkt al twee uur lang in haar hoofd. Ze heeft de gedachte aan de mogelijkheid dat het een pistoolschot was met alle macht proberen te onderdrukken, maar nu ze hier zit, neemt de angst dat Nova is neergeschoten steeds grotere vormen aan.
‘Ja,’ zegt rechercheur Alvarez.
‘Is het ernstig?’
‘Het was een dodelijk schot.’
Birgit verstart. Haar gedachten verstommen. Daar waar ze absoluut niet aan had willen denken, is gebeurd en die wetenschap verlamt haar. De geluiden van de menigte buiten bereiken Birgit niet meer. Alsof de wereld om haar heen ophoudt te bestaan. Er vormt zich een onzichtbare bubbel om haar heen, waarin zelfs de woorden van rechercheur Alvarez niet meer tot haar doordringen.
Benieuwd hoe het verhaal verder gaat? Bestel DE JACHT OP NOVA vandaag nog als e-book en ontvang onmiddellijk de downloadlink in je mailbox. Of kies voor de paperback en je boek wordt razendsnel door PostNL bij je thuis afgeleverd.
Als in DE JACHT OP NOVA de negenenveertigjarige Birgit op social media haar beroemde dochter Nova live overmeesterd ziet worden door een insluiper, bedenkt ze zich geen moment. Ze schakelt de politie in en springt in de auto op weg naar de villa van Nova. Maar aangekomen op het plaats delict hoort Birgit dat de insluiper dood is aangetroffen, maar van Nova ieder spoor ontbreekt. Gefrustreerd door de nauwelijks vorderende ontwikkelingen van de recherche in de dagen erna en zwaar ongerust om het welzijn van Nova start Birgit haar eigen onderzoek. Maar hoe dieper ze graaft, hoe meer vragen er opdoemen en hoe meer ze merkt dat ze wordt tegengewerkt in haar zoektocht. Wie heeft er belang bij de verdwijning van Nova? Wat is er precies gebeurd? En lukt het Birgit om haar dochter terug te vinden voor het te laat is?
Sietske Scholten haar boeken eerst blogt? Lezers kunnen als het ware over haar schouder meelezen, terwijl ze het boek schrijft. Iedere werkdag ontvangen de lezers een nieuwe hoofdstuk en zitten vervolgens 24 uur in spanning te wachten op hoe het verder zal gaan. In een besloten Facebookgroep hebben de lezers contact met elkaar en wordt er druk overlegd over de personages, de ontwikkelingen in het verhaal en ze sparren over hoe het zal gaan aflopen. Sietske hoeft dus niet maandenlang solistisch te werken aan haar boek. Tijdens het schrijven kan ze haar verhaal al uittesten op publiek en snel bijsturen als het nodig is. Druk op de knop en lees meer over hoe dit blogroman-concept is ontstaat: