‘Wat doe jij hier? Mijn huis uit,’ krijst Nathalie onderaan de trap. Haar handen zijn gebald en het vuur spat uit haar ogen. Het liefst zou Birgit haar willen geruststellen. Ze zou willen uitleggen wat ze hier komt doen, maar in een fractie van een seconde beseft ze dat het geen zin heeft. Nathalie zal het niet begrijpen. Zolang ze het boek maar heeft en hier zo snel mogelijk wegkomt, maakt de rest niet uit.
‘Ik ga al,’ zegt Birgit verontschuldigend. Ze holt de trap af, stuift langs Nathalie op de overloop. Met twee treden tegelijk neemt ze de trap naar de begane grond waar Kick haar verbaasd aankijkt vanuit de buggy. Ze opent de voordeur en rent in de vrieskou door de smalle straat naar de parkeerplaats waar haar auto staat. De hakken van haar schoenzolen tikken op de klinkers. Niet te hard, maant ze zichzelf. Het kan nog glad zijn op sommige plekken. Ze mag niet onderuitgaan. Ze mindert haar vaart en bereikt haar auto. Ze ontgrendelt het portier, terwijl ze tegelijkertijd haar jas open ritst. Het dagboek trekt ze uit haar broek. Hoewel het brandt in haar handen, moet ze zichzelf beheersen om niet op deze plek te gaan lezen. Ze heeft geen idee wat Nathalie van plan is. Misschien is de politie al onderweg om haar aan te houden. Ze kan het risico niet nemen om erop te vertrouwen dat Nathalie de inbraak met een sisser laat aflopen. Ze moet hier weg. Snel stapt ze in de auto, legt het boek naast het servetje met broodje omelet en met gierende banden scheurt ze de straat uit.
Willekeurig slaat Birgit af zonder dat ze enig idee heeft waar ze heen rijdt. De snelwegen moet ze vermijden, beseft ze. Met kentekenherkenning heeft de politie binnen een mum van tijd door waar ze rijdt. De binnenwegen zijn nu het veiligst. Al zoekend rijdt ze door dorpen en nieuwbouwwijken, over smalle wegen langs uitgestrekte kale weilanden en uitgestrekte wegen langs de bevroren vaart waar de dooi zichzelf verraadt door de plassen water op het ijs. Waar kan ze onopvallend stil staan, vraagt ze zichzelf af. Vlak na een boerenerf parkeert ze haar auto langs een rij populieren en ze kijkt om zich heen. In de verste verte is er geen auto te bekennen. Wie zal haar hier zien? Wie maakt zich druk om een geparkeerde auto? Ze zet haar motor uit, pakt het dagboek van de bestuurdersstoel en haalt diep adem voor ze begint te lezen bij het begin.
‘Een gloednieuw dagboek. Een vers begin na de onrustige tijd na de verhuizing. Ik ben blij dat ik dát boek heb kunnen sluiten. Het huis is prachtig…’
Dat is een jaar geleden, denkt Birgit. Ze neemt de rand van de pagina’s tussen duim en wijsvinger en laat de blaadjes flippen. De eerste achtenveertig uur zijn cruciaal, hoort ze de stem van rechercheur Alvarez in haar hoofd zeggen. De tijd knabbelt hard aan de laatste elf uren. Birgit heeft geen tijd om in alle rust Nova’s hele dagboek te gaan lezen. Als ze informatie wil vinden over waar Nova zich kan bevinden, zal ze er scannend doorheen moeten, beseft ze. De blaadjes fladderen langs haar vingertoppen. Op gevoel stopt ze met flippen en ze richt haar blik op de bladzijde die open voor haar komt te liggen.
‘Het is vier uur ’s nachts en ik ben net thuis. Wat was het naakt en bevrijdend tegelijk. Het is zo raar om zonder camera naar buiten te gaan. Om 21.00u heb ik gedaan alsof ik moe werd en naar bed ging. Ik heb de stream afgesloten. Het voelde zoals vroeger als ik mijn moeder om de tuin leidde en stiekem naar de stad ging. Het was zo fijn om gewoon de auto in te stappen en naar Amsterdam te rijden zonder dat iemand wist waar ik was en wat ik ging doen. Niet naar de dancings waar ik graag kom, dat kan niet. Daar word ik meteen belaagd door het publiek en van alle kanten gefilmd. Dus ik reed naar een buurt waar ik nog nooit was geweest en zocht de lelijkste kroeg uit die ik zag. ‘De Bierbuit’ stond er in sierlijke letters op het raam. Achter het grotendeels beslagen raam zag ik niets wat er ook maar een beetje hip uit zag. Perfect. Wat een verademing was het om daar naar binnen te stappen. Mannen van middelbare leeftijd die aan de bar hingen, draaiden zich om floten naar mij. Ze zagen mij, maar ik zag geen herkenning in hun ogen. Helemaal niets. Niemand riep mijn naam. Niemand begon te gillen of wilde met mij op de foto. Ik was gewoon een onbekend meisje van tweeëntwintig met de nodige sjans van mannen bij wie hun levenservaring van hun rimpels valt af te lezen. Mannen met handen als kolenschoppen. Breedgeschouderd en sterk. Met ogen die je vertellen dat je niet alles mag weten, net als bij mij. Met André Hazes die uit volle borst levensliederen zong uit de grote speakers in alle hoeken van de kroeg bedacht ik mij hoezeer ik mij thuis voel in deze anonimiteit.’
Nauwelijks kunnen Birgits ogen haar leestempo bijhouden. Waarom had Nova dit niet tegen haar gezegd? Ze had toch gewoon kunnen stoppen met streamen als het haar zo beperkt? Ze had het zelf bedacht om de camera continu mee te laten lopen. Zij had het plan gehad om van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat in beeld te zijn. Niemand anders dan zij, had het haar opgelegd. Het was altijd Nova’s idee geweest. Ze bladdert verder in het dagboek tot ze op een pagina komt waar de inkt op sommige plekken is uitgelopen.
‘Ik ben zo verdrietig. Brian en Jon hebben mij op het matje geroepen. Ze zijn ontevreden over de cijfers. De merken klagen. Er is te weinig interessante content op een dag, vinden ze. Het moet extremer, zeggen ze. Ik moet meer laten zien. Maar hoe is dat mogelijk? Ik laat toch alles al zien? Behalve dat ik af en toe naar de ‘De Bierbuit’ ga, ben ik verder continu online. Het kost mij steeds meer moeite om de stream aan te zetten ’s ochtends. Ik zou zo graag eens vrij willen zijn. Echt vrij. Meer dan die gestolen wekelijkse uurtjes die ik stiekem in de kroeg doorbreng. Maar Brian en Jon willen juist meer. Wat moet ik nou?’
Een onbestemd gevoel wringt zich in Birgits binnenste. Nova wilde minderen. Ze had het aangegeven, maar het waren Brian en Jon geweest die de duimschroeven strakker aandraaide. Hoe konden ze? Ze merkt dat haar ademhaling versnelt en haar boosheid groeit. Dit klopt totaal niet met het verhaal van Jon. Waar had hij nog meer over gelogen? Wat verzweeg Jon?
Als in DE JACHT OP NOVA de negenenveertigjarige Birgit op social media haar beroemde dochter Nova live overmeesterd ziet worden door een insluiper, bedenkt ze zich geen moment. Ze schakelt de politie in en springt in de auto op weg naar de villa van Nova. Maar aangekomen op het plaats delict hoort Birgit dat de insluiper dood is aangetroffen, maar van Nova ieder spoor ontbreekt. Gefrustreerd door de nauwelijks vorderende ontwikkelingen van de recherche in de dagen erna en zwaar ongerust om het welzijn van Nova start Birgit haar eigen onderzoek. Maar hoe dieper ze graaft, hoe meer vragen er opdoemen en hoe meer ze merkt dat ze wordt tegengewerkt in haar zoektocht. Wie heeft er belang bij de verdwijning van Nova? Wat is er precies gebeurd? En lukt het Birgit om haar dochter terug te vinden voor het te laat is?
Sietske Scholten haar boeken eerst blogt? Lezers kunnen als het ware over haar schouder meelezen, terwijl ze het boek schrijft. Iedere werkdag ontvangen de lezers een nieuwe hoofdstuk en zitten vervolgens 24 uur in spanning te wachten op hoe het verder zal gaan. In een besloten Facebookgroep hebben de lezers contact met elkaar en wordt er druk overlegd over de personages, de ontwikkelingen in het verhaal en ze sparren over hoe het zal gaan aflopen. Sietske hoeft dus niet maandenlang solistisch te werken aan haar boek. Tijdens het schrijven kan ze haar verhaal al uittesten op publiek en snel bijsturen als het nodig is. Druk op de knop en lees meer over hoe dit blogroman-concept is ontstaat: